reizen met kinderen kindvriendelijke bestemmingen inspiratie reizen kids reisverslagen reisorganisatie gezinsreizen
baby peuter kleuter kind tiener

Marie-Louise en Leon maakten een wereldreis met hun dochters Babette en Senna. Hieronder vind je het tweede deel hun verslag van de drieweekse rondreis die ze door Namibië hebben gemaakt.
Deel 1 vind je hier.

 

Dag 13 : Naar Kamanjab

De rit van vandaag brengt ons naar Kamanjab, een plaatsje van enige omvang (2000 – 5000 inwoners) waar we ‘s middags mee kunnen gaan met een tour naar een Himba-dorpje. Dit zal een bijzonder uitstapje worden…

We ontbijten nog even op Xaragu (waar boterhammen geroosterd worden boven een bbq oftewel een ‘braai’ en waar de op ratten of eekhoorns lijkende beestjes die we in dit land zo veel zien wel erg dichtbij komen. In het Duits heten ze fuchsmangusten, dat hebben we al wel ontdekt. Vooral Leon schrikt een keer flink als een van de monsters zich op Babettes enkels stort (zonder gevolgen overigens). De tocht is zo’n 200 eenzame kilometers lang en vooral de eerste helft is het wegdek dramatisch maar afwisselend. Af en toe hebben we zulke steile hellingen te nemen dat we ons in een achtbaan wanen en op andere momenten ervaren we hoe het is om aan de Parijs-Dakar rally deel te nemen.

In Kamanjab worden we hartelijk ontvangen in Oase Guest House en kunnen we nog even een lunch meepikken. We zijn hier wederom de enige gasten en worden om 16.00 verwacht, samen met twee andere toeristen, bij een hek langs de mainroad om het Himba-dorpje te bezoeken. ‘Zo’n 20 kilometer rijden en dan na de 3de boom rechts’, daar komt de routebeschrijving ongeveer op neer. Als we daar aankomen, zijn de twee andere toeristen, een jong Italiaans stel, er al, maar niemand die ons op komt halen. Het hek kan open dus we besluiten daarom maar om het zandpad op te rijden. Dat wordt een hele belevenis, want het duurt maar voordat we een teken van leven tegenkomen. We kunnen niet meer dan 50 meter ver kijken, want we zien slechts gras en bomen van 3-4 meter hoog, we moeten een aantal keren een hek openen om door te kunnen rijden, en net op het moment dat we denken dat we toch beter bij de hoofdweg hadden kunnen blijven wachten, zien we boven de boomtoppen daken uitkomen. Dit blijkt echter niet het dorpje te zijn, maar een woonhuis waar een obscuur uitziend figuur een grote bok staat te fileren. Het is duidelijk dat we verdwaald zijn. Groeten uit de rimboe zullen we maar zeggen….De man trommelt een andere man op die vervolgens een stukje voor ons rijdt om ons de weg te wijzen. Bij een nieuw hek laat hij ons achter en zegt dat we hier door moeten rijden. De Italianen zien er de lol wel van in en rijden achter ons aan. Helaas komen we weer niet aan op de plaats van bestemming maar bij een boerderijtje waar een grote familie buiten zit. Een klein jongetje zal met ons meerijden en ons de weg wijzen. Na weer een groot aantal zandpaden en een kudde enorm grote koeien bereiken we dan toch het dorpje. Wat we hier zien is een buitengewone wereld: een groep van zo’n 20 nauwelijks geklede vrouwen met hun kinderen. Deze mensen wassen zich nooit (hun hele leven niet!), knippen hun haren nooit, smeren zich dagelijks in met rode oker, leven van de jacht, houden zich dagelijks uren bezig met het kloppen van melk totdat het boter wordt, spreken geen Engels en maken zelf wat sieraden waarmee ze wat inkomsten verwerven. Op jonge leeftijd worden al hun onderste tanden en kiezen verwijderd, wat een bloederig gebeuren schijnt te zijn…..Primitiever kan echt niet. Ze zijn een beetje gewend aan toeristen, maar kleine blanke kindertjes zullen ze nog niet vaak gezien hebben. Zelfs Babette en Senna worden hier stil van, misschien omdat ze het ook een beetje eng vinden. Senna begint nog een keer flink te gillen en roept dat ze een steentje in haar neus heeft, maar we zien niets.

In het guesthouse krijgen we voor 6,50 euro een privé-maaltijd voorgeschoteld waarbij we allebei minstens een pond kipschnitzel krijgen en Babette en Senna een filmpje op de laptop kunnen kijken. Zo zijn ze rustig én eten ze ook nog.

Dag 14 : Toko Lodge

‘Papa, mama, kijk, een giraffe!!!’, roept Babette tijdens onze korte tocht van vandaag van Kamanjab naar de Rustig Farm, waar onze lodge van de komende twee dagen is. En inderdaad, we zijn er straal voorbij gereden, maar het is ons al vaker opgevallen dat Babette een zeer scherp oog heeft voor dieren langs de kant van de weg. Zo’n 100 meter ver in het veld steekt een giraffe zijn nek boven de boompjes uit. Wauw! Vandaag merken we ook dat Senna met haar tweeëneenhalf jaar al steeds beter weerwoord weet te geven aan haar grote zus. Als Babette ondanks onze waarschuwingen haar gordel losdoet, en bij een grote hobbel in de weg haar hoofd stoot, horen we: ‘dat is je eigen schuld’. Ook ‘Jij moet niet be met mij moeien’, is een favoriete uitspraak van haar en woorden als laptop, palmboom, ‘slak’lamp, koelbox en verrekijker behoren inmiddels tot haar dagelijkse vocabulaire.

De Toko Lodge, gelegen op de 6.000 ha grote farm Rustig, is weer een echt paradijs. Toko is Afrikaans voor toekan, die we hier inderdaad een aantal zien. Gelegen op een berghelling zijn ruim 10 huisjes gebouwd (zowel van binnen als van buiten typisch Afrikaans aangekleed), waarvan er vanavond een bezet is, de onze. We hebben een veranda, waarvandaan we een magnifiek uitzicht hebben: we kunnen kilometers ver over de savanne uitkijken. We maken er een rustig dagje van, nemen een duik in het zwembadje (waar we alleen veel last hebben van vliegen: je moet ze hier letterlijk van je wimpers afslaan of uit je oor peuteren), de kids kunnen lekker spelen, maar zijn doodsbang voor de grote honden (tot nu het grootste probleem tijdens onze vakantie), we bekijken de drie struisvogels die op de farm leven (de andere 2 zijn onlangs door een cheetah verscheurd….hm) en helpen Senna van een lastig probleem af. Ze klaagt nog steeds over pijn in haar neus, af en toe bloedt het een beetje maar zelfs met behulp van een zaklamp zien we alleen maar stof en wat kruimeltjes gruis. ’s Middags begint ze weer te huilen en komt er toch echt een steentje van 5 bij 5 mm uit haar neusje. Ongelooflijk! Die moet ook echt diep gezeten hebben maar gelukkig is ‘ie er in ieder geval weer uit gekomen. Ze zal nooit meer een steentje in haar neus stoppen…

’s Avonds eten we met het echtpaar dat hier de ‘toko’ runt en zoals zo vaak eerder is het eten overvloedig en heerlijk. Ze vertellen over het leven in Namibië: sportcompetities hebben ze hier niet, ze krijgen eens per week een krant die dan echter al 10 dagen oud is en voor de uitgebreide boodschappen moeten ze naar Windhoek of Swakopmund, wat betekent dat ze 1000 km op een dag rijden en zo’n 24 uur van huis zijn. Wat een land is dit toch!

We eten echt heel veel maar krijgen nog niet de helft op. Senna valt zoals gewoonlijk weer tijdens het eten in slaap, 19.00 of 19.30 eten is echt te laat voor haar. Morgenvroeg gaan we mee met de gamedrive en ons wordt beloofd dat we zeker giraffen, zebra’s en warthogs (oftewel wrattenzwijnen, dat beest dat ook in de Lion King meedoet) gaan zien.

Dag 15 : Toko Lodge farmdrive

Deze ochtend gaan we met Jurgen, de eigenaar van de Toko Lodge op safari, oftewel op farmdrive over zijn farm. Het waait hard waardoor veel dieren zich schuilhouden en we niet alles zien wat er in de omgeving woont. Toch is de tocht meer dan de moeite waard: we zien zeker 20 giraffen, 5 zebra’s, verschillende steen- en springbokken, warthogs, ground squirrels (eekhoorn) en een grote vogel die in het Duits Reisentrappen heet. Bovendien krijgen we alle ins en outs van het leven op een farm als deze te horen. De rest van de dag doen we het rustig aan. Babette en Senna willen dolgraag het zwembad in, maar als we daar eenmaal zijn, komt het er op neer dat papa en mama in het ijskoude water moeten en zij vanaf de rand van bad toekijken….De vele vliegen die er zijn vanwege de opkomende bloesems aan de bomen maken dat we snel het bad weer verlaten en aanschuiven voor de dagelijkse koffie/theepauze om 15.00 uur. Ja, eten en drinken is hier in Namibië echt een sociaal gebeuren en de vrouw des huizes komt weer bij ons zitten en vraagt tot in den treure of we het naar onze zin hebben en of ze nog iets voor ons kan doen. Ze is vreselijk gastvriendelijk en doet er alles aan om het haar gasten naar de zin te maken. We maken nog een korte klauterpartij aan de achterkant van de lodge de berg op, vanwaar we een schitterend uitzicht hebben en zitten ’s avonds aan het speciaal voor ons aangemaakte kampvuur. Het diner is weer fantastisch (vanavond eland), Senna valt weer in slaap tijdens het eten (maar niet voordat ze het een en ander gegeten heeft) en eenmaal op de kamer terug vallen we weer snel in slaap. Dit is zo langzamerhand het gebruikelijke beeld van de avonden.

Dag 16 : Naar Vreugde Guest Farm

We verlaten vandaag de prachtige Toko Lodge en gaan verder richting Etosha. We kiezen voor een iets langere route via Outjo, omdat deze weg geasfalteerd is. In Outjo zien we zowaar een bakkerij met internetfaciliteiten waar we even snel de mail kunnen checken en doen we wat boodschappen. We krijgen daar te maken met een inmiddels bekend tafereel: een plaatselijke dorpsgek biedt aan onze auto te bewaken terwijl wij de boodschappen doen. Waarschijnlijk nergens voor nodig, maar we geven de arme ziel maar een euro voor de bewezen diensten.

Met een vaartje van 160km per uur zijn we snel op de plaats van bestemming: het idyllische Vreugde Guest Farm. Wederom een prachtige locatie, een schitterende tuin, een zwembadje, leuke kamers en een bijzonder gastvrije eigenaresse. Er zijn twee andere gasten: een Duitse ex-piloot en zijn vrouw die hier vaste klant zijn en 9 maanden per jaar in Namibië wonen. Meest bijzondere is dat ze een tamme cheetah hier op de farm hebben. De kinderen mogen er niet bij, omdat het toch een roofdier blijft en in dat opzicht onvoorspelbaar, maar wij worden uitgenodigd om het dier aan te raken of er zelfs mee te spelen. Vriendelijk bedanken we voor de eer, maybe tomorrow.

’s Middags zitten we wat in de tuin, de kinderen zijn de koning te rijk met de speciaal voor hen gebakken chocoladekoekjes en met de ton met speelgoed die hier aanwezig blijkt te zijn (er zitten zelfs lege patroonhulzen tussen) en ’s avonds wordt er weer speciaal voor ons gekookt. Het is wederom een buitengewone maaltijd, met onder andere gigantische op de braai gebraden t-bones die maar net op ons bord passen en gekaramelliseerde pumpkins (of zoiets). De kinderen krijgen eerder te eten en kunnen we op bed leggen als wij met de gastheer en gastvrouw en het Duitse stel aan tafel gaan. Net als op de andere farms valt het ons op dat al het personeel zwart is en dat ze weliswaar met respect behandeld worden, maar toch heel erg duidelijk ondergeschikten zijn. Ze worden gewenkt als ze de borden kunnen komen brengen of weg kunnen komen halen en vragen voor elke handeling toestemming. Het geeft ons soms toch een wat ongemakkelijk gevoel maar het lijkt er op dat wij de enigen zijn die dat zo ervaren.

Dag 17 : Naar Etosha - deel 1

Vandaag beginnen we aan wat al op voorhand een van de hoogtepunten van onze reis is: de eerste dag Etosha. Etosha National Park is een van de beste en mooiste wildparken van Afrika en is zo’n 22.000 km2 groot. Slechts een klein deel is begaanbaar voor de mens en het deel dat toeristen aandoen is de weg die in het zuiden grenst aan de Etosha Pan, een 5.000 km2 grote lege zoutvlakte. Etosha is prima aan te rijden vanuit onze farm en we maken daarom vandaag een uitstapje naar het westelijke deel van de route alvorens we morgen de hele route zullen gaan overbruggen. Deze tijd van het jaar is gunstig om veel dieren te zien omdat het erg droog is en veel dieren dus de water holes opzoeken die vanaf de weg goed te zien zijn. Om 8.45 uur rijden we de Anderson Gate (een van de drie toegangspoorten tot Etosha) door en wat we vandaag allemaal zien is fantastisch: tientallen olifanten en giraffen en honderden zebra’s, gemsbokken en springbokken, soms op nog geen twee meter afstand van de auto. Verder zien we gnoes, impala’s, hartenbeesten (een soort antilope), twee jakhalzen, wrattenzwijnen, kudu’s, struisvogels en een groepje leeuwen. Vooral dat laatste is heel bijzonder, want de leeuwen laten zich niet al te vaak zien en lang niet elke toerist die hier komt, heeft het geluk leeuwen tegen te komen. Een prachtige dag dus! De Beekse Bergen is natuurlijk ook best leuk, maar dit is wel even wat anders. Je ziet hier ook maar weinig andere toeristen en het feit dat alles hier echt wild is, maakt het uitzonderlijk speciaal. Ook de kinderen vinden het heel bijzonder, hoewel hun aandacht wat sneller verslapt. Als ze een olifant even hebben bekeken, bekommeren ze zich weer om hun K3- of nijntje muziek. Toch is het wel duidelijk dat het allemaal veel indruk op ze maakt, want na thuiskomst op de farm hebben ze het er regelmatig over welke dieren ze allemaal hebben gezien. Vandaag hebben we ook de eerste regen van onze vakantie: vanaf een uurtje of drie begint het te druppelen en later op de dag hebben we flinke donder en bliksem.

Dag 18 : Naar Etosha - deel 2

Wat een geluk hebben we gisteren gehad! Of misschien hebben we vandaag gewoon pech, want we zien vandaag maar een heel beperkt aantal dieren in Etosha, ondanks dat we eigenlijk het hele gebied doorkruisen. Wellicht komt het omdat het gisteren geregend heeft en de dieren dus niet zo op zoek hoeven naar water…. Waar we gisteren zo’n beetje de hele fauna van het gebied aan ons voorbij zagen trekken, moeten we het vandaag stellen met 3 olifanten, een redelijk aantal giraffen en vooral heel veel zebra’s. Maar ja, een mens raakt snel verwend, en waar we op de eerste dag nog onze ogen uitkeken naar zebra’s en giraffen, minderen we vandaag nog maar nauwelijks vaart als we deze dieren zien. Schande! Het (enigszins dramatische) hoogtepunt van vandaag is een groep jakhalzen die zich op een dode zebra heeft gestort. Bovendien zien we de damara dik-dik, een klein soort hertje, dat alleen in deze streek voorkomt en nergens anders ter wereld. We zijn ontzettend blij dat we gisteren zoveel gezien hebben, want anders was ons bezoek aan Etosha toch enigszins teleurstellend geweest. Alleen de neushoorn hebben we nu nog niet gespot. Overigens houden de kinderen het vandaag weer prima uit in de auto. Ondanks dat we er inmiddels al ruim 3000 km op hebben zitten, klagen ze nauwelijks. De soms diepe kuilen in de weg leiden alleen maar tot de nodige hilariteit hoewel wij elke keer wij blij zijn als de auto nog heel blijkt te zijn. Ook blijkt de auto een prima plek voor de kinderen te zijn om gesprekken te voeren. Babette is meestal niet erg gecharmeerd van opmerkingen van ons over haar gedrag maar vervolgens gebruikt ze precies dezelfde woorden om Senna terecht te wijzen. Senna sluit sinds een aantal dagen elke zin af met ‘joh’ en beide dames vinden het leuk om ‘ik zeg niks’ te zeggen wanneer we ze ergens op aanspreken.

We lunchen bij een water hole met zebra’s en Marie-Louise blijkt een echte thrill-seeker te zijn te door uitgerekend het bankje uit te kiezen dat het dichtst bij de ‘afgrond’ staat. Een heel rustige lunch dus, met twee rennende en springende kinderen om je heen…… Vannacht slapen we op een van de drie ‘kampen’ op Etosha: Namutoni. Onze kamer bevindt zich in een oud fort dat stamt uit 1904 en is de ongezelligste kamer die we tot nu hebben gehad. Met voorsprong. Maar de sfeer vergoedt veel en misschien zien we nog wel dieren bij de aangrenzende water hole. We drinken een klipdrift, dé Zuid-Afrikaanse mixdrank van cola en brandy en overdenken dat we pas drie weken op pad zijn, terwijl we het gevoel hebben al veel langer onderweg te zijn. De tijd vliegt en vooral de kleinschalige guestfarms, waar we heel nauw contact hebben met de bewoners en samen met hen in hun woonkamer eten, maken veel indruk.

Vanavond mogen/moeten we weer zelf voor ons avondeten zorgen, nadat er de afgelopen 7 avonden steeds voor ons gekookt is. En soms echt haute-cuisine! Met enige creativiteit weten we uit het beperkte assortiment van het winkeltje hier toch weer een verantwoorde maaltijd te maken. In het donker bezoeken we nog even de waterhole, maar de dieren hebben vandaag echt een dagje vrijaf genomen.

Dag 19 : Naar Waterberg Plateau

Vandaag staat de koninginne-etappe van onze Namibiëreis op het programma: 390 kilometers naar Waterberg Plateau. Een afstand waar we toch eigenlijk onze hand niet meer voor omdraaien. In Etosha rijden we nog een klein stukje over de damara dik-dik drive, waar deze diertjes zeer veel te zien zouden moeten zijn, maar er is er slechts één die zich aan ons laat zien vanochtend. Damara dik-dik wordt wel het favoriete woord van Babette en Senna vandaag….Verder gaat het grootste gedeelte over een geasfalteerde weg en schiet het dus lekker op. Tussen de middag stoppen we in Otjiwarango, een behoorlijk grote plaats. We halen er lekkere broodjes, laten de banden van de auto weer eens bijvullen met lucht en vinden eindelijk weer eens een internetcafé. Helaas gaat die op zaterdag eerder dicht en kunnen we alleen onze verhaaltjes op de weblog zetten. Foto’s uploaden zullen we weer een andere keer moeten doen. Voor Babette en Senna is het jammer dat er maar één computer is die werkt, dus de online nijntje-spelletjes waarop ze zich zo verheugd hadden, houden ze nog even tegoed. Het huisje op Waterberg Plateau Park is net een Center Parcs huisje en dus keurig verzorgd. Het Waterberg Plateau is een enorme afgeplatte berg die zo’n 200 meter boven het omringende landschap uittorent en ziet er indrukwekkend uit. We worden gewaarschuwd tegen de baboons. Deze apen zijn zo brutaal als….en we worden geadviseerd om deuren en ramen zorgvuldig gesloten te houden en zelfs de gordijnen niet te openen. De laatste tijd is het veel voorgekomen dat ze de huisjes binnendringen en een grote ravage aanrichten of zelfs veel spullen meenemen en ergens dumpen in de bush. ’s Avonds kijken we op de laptop de Da Vinci Code, die we voor ons vertrek van internet geplukt hebben. We zijn trouwens dolblij dat we de laptop hebben meegenomen: we kijken er elke dag de gemaakte foto’s op, tikken elke avond ons verhaaltje, de kinderen kijken regelmatig een filmpje en Marie-Louise probeert met de Hema-albumsoftware al meteen een fotoalbum te maken. Samen met het zakmes is het dan ook een van de meest gebruikte voorwerpen die we bij ons hebben.

Dag 20 : Op het Waterberg Plateau

Waarschijnlijk wordt Babette later een goede alpiniste. Vandaag lopen we een hiking trail die er niet om liegt naar de top van het Waterberg Plateau. Ruim anderhalf uur klimmen over rotsblokken waarbij je niet zelden goed moet kijken waar je je voet gaat neerzetten. Babette gaat als een echte klimgeit naar boven en klaagt geen enkele keer. We zijn een bijzonder gezelschap met een kind van 4 dat omhoog vliegt en een kind van 2 in een rugdrager en de paar mensen die we tegenkomen kijken verbaasd om, vooral ook omdat sommigen van hen het zelfs opgeven om helemaal naar boven te klimmen. Het uitzicht op de top is adembenemend en de wandeling is dus absoluut de moeite waard. ’s Middags zwemmen we nog even in het zwembad en verder doen we vandaag eigenlijk weinig bijzonders. Da’s ook wel eens een keer lekker en voor ons allemaal ook wel goed. Het is bovendien een dagje waarop we geen geld uitgeven en dat is dan weer mooi voor ons gemiddelde. Tot nu zitten we zo rond de 50 euro per dag, maar daarbij moet gezegd worden dat we de overnachtingen, de autohuur en een deel van het avondeten vooraf al betaald hebben. Diesel voor de auto en permits voor de wildparken zijn redelijke kostenposten hier. Boodschappen doen is in Namibië heel prettig. In de grotere plaatsen zijn redelijk tot zeer goede supermarkten zodat we al met al behoorlijk gevarieerd en tegen lage kosten eten en drinken hier.

Dag 21 : Naar Haasenhof

Het belooft vandaag een saaie etappe te worden, maar ‘s ochtends voor het ontbijt marcheert er plotseling een kolonie apen voorbij ons huisje en bij het verlaten van Waterberg Plateau Park komen we de Italianen van ons Himba-avontuur tegen. Wat een toeval, dat je in een land van deze omvang mensen nog een keer tegenkomt! In Otjiwarongo maken we een tussenstop, doen we wat boodschappen in de superspar en kunnen we met veel moeite wat internetten. Bij een bakker, die middels het uithangbord trots aankondigt internettoegang te hebben, vragen we vriendelijk of we daar gebruik van kunnen maken. De man aan wie we dat vragen verwijst ons doodleuk naar een internetcafeetje verderop in de straat…het zal wel aan ons liggen…

Het laatste stuk van de rit gaat weer over zand- en gravelwegen: zo’n 80 kilometer. We komen nauwelijks auto’s tegen, maar wel enkele kudu’s of elanden, moeten een keer een hek openen om een weg in te kunnen rijden en een niet te missen knalgeel bord adviseert ons dringend om in de auto te blijven omdat hier krokodillen en nijlpaarden voorkomen. De slappelingen durven zich echter niet te vertonen nu wij het gebied doorkruisen. Haasenhof Guestfarm ligt nog zo’n 6 kilometer van de doorgaande weg en de ontvangst is minder enthousiast dan we van voorgaande guestfarms gewend zijn. De Duits sprekende heer des huizes kan maar net een glimlach vertonen, een heel arsenaal honden jaagt de kinderen weer de stuipen op het lijf en op deze boerderij van vergane glorie wordt niet op- of omgekeken naar ons. Met het avondeten verwachten we sauerkraut mit bratwurst maar de gastvrouw, een stevige en nogal stugge boerin die een eeuwigheid geleden op deze farm geboren is, heeft er eerlijk gezegd een lekkere maaltijd van gemaakt. Alleen het toetje, een custard met een dik vel er op, doet ons bijna kokhalzen. De andere gasten, een ouder Duits echtpaar dat nog geen yes of no verstaat, vormen geen erg aangenaam gezelschap en we zijn dan ook blij als we van tafel kunnen en ons naar ons huisje kunnen spoeden.

Dag 22 : Haasenhof

Net als gisteravond blijkt dat het het op Haasenhof Guestfarm allemaal nét niet is. Als we de ontbijtruimte binnengaan, stappen we een geheel andere wereld binnen. Dit lijkt sprekend op een Duits bejaardenhuis. Van voor de oorlog. Gehaakte kleedjes, schlager cd’s waarvan er één de naar meer smakende titel ‘Ich wollte Ich war ein Huhn’ draagt en talloze prullaria zoals zeer kleurrijke beeldjes van konijntjes en andere typisch Afrikaanse dieren sieren de verder erg uitbundig aangeklede ruimte. De broodrooster roostert te hard, de boterhammen die er in moeten lijken drie dagen eerder ook al eens het broodrooster van binnen gezien te hebben, de eieren zijn net iets te zacht gekookt, op de cornflakes breek je je tanden, een stukje rauwe ham blijft in Marie-Louise haar keel hangen, de bestelde rooibosthee blijkt inktzwarte black tea te zijn en de opgezette cheetah ziet er eigenlijk net iets te echt uit. Het is natuurlijk allemaal goed bedoeld, maar ja…Zelfs Babette en Senna zijn hier snel met hun eten. En dat wil wat zeggen! De Duitse lachebekjes komen gelukkig pas als wij het ontbijt naar binnen hebben gewerkt. Zij lijken hier al dagen te zitten en schijnen ook niet van plan te zijn om op korte termijn te vertrekken.

Ach, als we hier in het begin van onze vakantie waren gekomen, hadden we het waarschijnlijk wel heel leuk gevonden maar misschien zijn we te veel verwend geraakt door alle leuke accommodaties. We kunnen nog mee met een farmdrive, maar geloven het verder wel. Het is ook niet echt iets voor ons, om veel van hetzelfde te doen. Het liefst zien en doen we elke dag nieuwe dingen. Daarom maken we vandaag een uitstapje naar de hotsprings van Gross Barmen, zo’n 100 kilometer verderop. We verwachten eigenlijk een heet water spuwende geiser maar de hotspring is hier een put, met overigens wel de typisch zwavellucht van rotte eieren die je bij hotsprings ruikt. We zijn de enigen vandaag die op het idee zijn gekomen hier naar toe te gaan en de kinderen kunnen zich lekker uitleven in het warme zwembad, de speeltuin (de eerste in Namibië) en het thermaal bad. Dat laatste is voor hen te warm maar nu kunnen ze lekker gillen, ondanks de borden die zeggen dat hier doodse stilte moet zijn. Het bad is echt heet en vooral Leon komt er een beetje dizzy uit. Op de 130 kilometer zand- en gravelweg komen we vandaag 1 auto tegen, maar wel is het schrikken geblazen als plotseling een grote oryx (spiesbok) vanuit de bosjes vlak voor ons de weg opspringt en vervolgens zo’n 100 meter voor ons uit blijft sprinten. Voor het avondeten wordt ons aangeboden om iets vroeger te eten, zodat het voor de kinderen niet te laat wordt. Van dat aanbod maken we gretig gebruik: dat bespaart ons weer een avondje gezellig tafelen.

Dag 23 : Terug naar Windhoek

Het zit er bijna op, onze reis door Namibië. Het echtpaar van de Haasenhof komt toch nog een beetje los en het afscheid is dus best leuk. De kinderen mogen nog kuikentjes vasthouden en we worden vrolijk uitgezwaaid. Voor de wijntjes, limonade en twee halve liters bier hoeven we niet te betalen. Vandaag zijn we weer terug gereden naar Windhoek, naar pension Moni, waar we ruim 3 weken geleden aankwamen en toen we nog niks wisten van dit land. In ruim drie weken hebben we 4.300 kilometers afgelegd, waarvan nog geen 1.500 over geasfalteerde wegen, maar één lekke band gehad, heel erg veel dieren in het wild gezien, in 13 verschillende en vaak ontzettend leuke accommodaties overnacht en meestal erg lekker gegeten en gedronken. En gezond gebleven, ook heel belangrijk. Afgezien van één nachtje waarin we ons niet zo lekker voelden en Babette die een enkele keer klaagde over pijn in haar buik, zijn verdere lichamelijke ongemakken ons bespaard gebleven. Een geweldige reis dus: we kunnen iedereen aanraden hier eens naar toe te gaan. De mensen zijn vriendelijk, het is allemaal goed betaalbaar, de natuur is prachtig en je voelt je hier geen moment onveilig. Iedereen vindt het bovendien heel bijzonder dat we hier met twee kleine kinderen zijn en de twee krijgen meer dan voldoende aandacht.

Vanmiddag hebben we nog even het centrum van Windhoek bezocht, wat een hele cultuurschok was. Wat een mensen opeens! Babette en Senna liepen regelmatig tegen iemand op en ook zelf moeten we goed opletten waar we lopen. We kopen nog twee knuffels voor de kids (een struisvogel en een springbok) en eten ’s avonds een pizza in het nabijgelegen winkelcentrum (kinderen woensdag gratis…). Morgen vliegen we terug naar Johannesburg waar we nog een nacht verblijven in het voor ons bekende Airport en route. Vooral Babette verheugt zich op de rugbybal en het fietsje zonder zijwieltjes dat ze daar hebben. Vrijdag vliegen we dan naar Cairns in Australië.

 

<< Dag 1 t/m 12

Meer reisverslagen
uit Namibië

reisverslag kinderen
 

reisdagboek
blog papier
verhalen gezinsreizen
reisverslag ervaringen ouders
reisverslag Namibie

babette (4) en Senna (2)

rondreizen gezin
ervaringen van ouders
verre reizen kinderen
vakantie kinderen foto
reizen kinderen foto
direct naar onze bestemmingen
vakantie kinderen foto
familie reizen

©2010 Expeditie Kroost & Co | Sitemap | Privacy & Disclaimer | Contact

 

Bookmark and Share

reizen met kinderen
reisverslag kinderen